Jan Van Autreve
- Houdt van sport
- Behaalde een masterdiploma Economie aan de Universiteit Gent en volgde de opleiding Advanced Management aan de Vlerick Business School
- Is sinds 2016 CEO van NN
“Meer tijd voor familie. Meer tijd voor vrienden. Meer kleine doelstellingen om naar toe te leven.” Lang hoeft Jan Van Autreve, CEO van NN Belgium, niet na te denken om te weten hoe hij voor zichzelf van een langer leven ook een gelukkiger leven wil maken. Dat hij – en wij allemaal – langer leven betekent voor de verzekeraar ook dat het een ánder leven wordt. “We moeten ons aanpassen aan een nieuwe realiteit.”
“De vraag is niet ‘Hoe oud kun je worden?’ of ‘Loert het eeuwige leven om de hoek?’, maar ‘Kun je kwalitatief langer gezond en wel blijven en dus langer ‘jong’ blijven?’”, steekt Van Autreve van wal. Dat langer-leven-als-een-doel-op-zich een zinloze gedachte is als je er niet de factor ‘geluk’ bij betrekt, spreekt bijna voor zich. Levensverzekeraar NN is behalve de initiatiefnemer van het Langer Leven-onderzoek ook de gangmaker van het Nationaal Geluksonderzoek. “Als mensen gelukkiger zijn, leven ze langer”, stelde Van Autreve bij de voorstelling van die resultaten vast. “Ze worden minder snel ziek en gaan bewuster belangrijke keuzes maken.”
Belangrijke keuzes rond ons geluk en onze gezondheid, zeker en vast, maar ook over hoe we tijdens de extra jaren die ons gegund zijn onze koopkracht niet verliezen. Daarvoor moeten we kijken naar de de combinatie langer werken en anders sparen. Door anders te gaan werken, kunnen we ervoor zorgen dat het én kan én dat we het ook willen. Door bewuster aan financiële planning te doen - en dat kan voor iedereen - sparen we op een andere manier.
“Nu al gaan we werken tot ons 67ste - ook al wijst onderzoek uit dat de meeste Belgen het welletjes vinden als ze 60 of 61 jaar oud zijn. En wanneer je werkt, spaar je automatisch langer”, zegt Van Autreve. “Maar als ook je pensioen langer duurt, zul je meer consumeren na je actieve periode. Het is dus zaak daarvoor een afdoende buffer op te bouwen. We moeten heel goed nadenken over hoe we anders zullen moeten sparen als we langer leven.” Dat is geen overbodige luxe als je weet dat zes op de tien Belgen vreest geen comfortabel leven te kunnen leiden na pensionering. Meer dan de helft heeft trouwens geen idee hoeveel ze moeten bijeensparen voor hun pensioen.
Met de traditionele spaarformules zal het niet lukken
“Maar wat betekent sparen echt? Het is de facto niets anders dan je koopkracht vrijwaren, het is een bescherming tegen inflatie.” Geen eenvoudige zaak met de huidige ultralage rentevoeten. “Niet eenvoudig is een understatement, vrees ik”, speelt Van Autreve in op die bezorgdheid. “Rente alleen volstaat met andere woorden niet om je koopkracht te beschermen, waardoor de klassieke populaire spaarformules mogelijk onvoldoende zijn. Daarom moeten we ons richten op spaar- en beleggingsformules die wel toelaten om hogere rendementen op lange termijn te generen. Een voorbeeld is de verschuiving van tak 21 naar tak 23-verzekeringsspaarproduct.” Een tak 23-fonds is een belegging waaraan je een verzekering kan koppelen van wat er met de belegging gebeurt als je overlijdt. Een uitstekend instrument om aan vermogensplanning te doen.
Hoe pak je zo’n tak 23-belegging het beste aan? “Eerst en vooral moet je kijken naar diversificatie. Wat je nodig hebt, is een heel goed gediversifieerd product. Wat je ook nodig hebt: regelmaat en tijd. Het loont om lang én recurrent te sparen, want op die manier counter je de cycli van hoog- en laagconjunctuur. Je zal zien dat je rendement op lange termijn hoger zal zijn dan die van een traditionele spaarformule.”
Niemand heeft een kristallen bol, maar er bestaat wel een gouden raad: spaar of beleg met regelmaat
“Het is onze opdracht als verzekeraar om onze klanten te beschermen en ondersteunen in de verschillende stadia van hun leven. Als onze klanten gemiddeld langer leven – wat we toejuichen – is het aan ons ervoor te zorgen dat we goede producten kunnen aanbieden die hen in staat stellen op lange termijn een comfortabel pensioen op te bouwen. En ook formules uit te werken die ervoor zorgen dat als je eenmaal met pensioen bent, je met zekerheid kan zeggen dat je voldoende koopkracht, een gegarandeerd inkomen, houdt.”